De Fietsketting is een blogserie met als centraal thema de fiets en het werk van Cycling out of Poverty. Middels een “doorgeefpen” schrijft iedere keer een andere persoon over de fiets en het werk van CooP-Africa vanuit zijn/haar persoonlijke betrokkenheid. Deze keer in de FietsKetting: Frank van Rijn.

WIE IS FRANK VAN RIJN

Ik ben Frank van Rijn, 76 jaar oud (ik kan het nog steeds niet geloven, maar als ik van het jaar waarin we nu leven mijn geboortejaar 1948 aftrek, kom ik toch echt op 76 uit), geboren in Den Haag (wat ik eigenlijk ook maar nauwelijks kan geloven omdat ik absoluut geen stadsmens ben) en woonachtig in een dorpje in Drenthe, waar ik me thuis voel (wat ik beter kan geloven, maar toch ook niet voor 100% omdat ik een zonmens ben en Drenthe en overigens heel Nederland, niet echt zonovergoten genoemd kunnen worden).
Na mijn studie elektrotechniek zag ik mijn kans schoon om iets aan dat gebrek aan zonneschijn te doen en tevens iets van de wereld te zien: Ik begon mijn carrière met een sabbatical year, een fietstocht door Noord Afrika, direct gevolgd door een reis, natuurlijk ook op de fiets, door Zuid- Midden- en Noord Amerika. Na die reis begon ik dan toch echt aan mijn carrière…. althans dat was de bedoeling.
Het vervolg is misschien wel te raden. Als je een jaar lang de vrijheid hebt geproefd, overvloedig de zon hebt genoten, fantastische landschappen hebt gezien, in contact bent geweest met boeiende culturen en veel bijzondere en vooral ook gastvrije mensen van allerlei aard hebt ontmoet, valt het bouwen van zo’n carrière niet mee. Het liep natuurlijk uit de hand. Nu, 45 jaar later, is dat sabbatical year nog steeds aan de gang en het dreigt zelfs een sabbatical century te worden. Tijdens deze sabbatical period (om deze 45 jaar voorlopig maar even zo te noemen), ben ik gaan schrijven over mijn fietsreizen, wat 17 boeken heeft opgeleverd. Die boeken en vele artikelen en lezingen hebben mij financieel in staat gesteld mijn reizen te bekostigen, zij het dat ik aanvankelijk steeds uiterst primitief moest leven, omdat die boeken helaas geen bestsellers
waren. (Nog niet, maar wat niet is, kan komen!!!? Toch?)

5 VRAGEN AAN FRANK VAN RIJN

Wat betekent de fiets voor jou?
De fiets heeft mij in staat gesteld 125 landen in alle continenten (uitgezonderd Antarctica) intensief te zien en vooral te beleven. De fiets is voor mij het ideale middel om de wereld te verkennen. Je reist langzaam genoeg om de natuur goed te zien en in je op te nemen. Je komt over wegen (paden, sporen) en in zeer afgelegen dorpjes en gebieden waar je met openbaar vervoer niet komt en waar je met een auto makkelijk in de verleiding kunt komen om even 50 km door te tuffen om een comfortabele overnachtingsplek te bereiken. Met de fiets daarentegen, zie je je vaak gedwongen om de nacht door te brengen in de rimboe of in een primitief dorpje, wat je op dat moment als onplezierig zou kunnen ervaren. Maar dát zijn juist de plekken waar het bij het reizen om gaat. Die ervaringen verrijken nu juist je reis, je visie op de wereld en je leven. Op de fiets voel je de heerlijke zon op je huid branden, ruik je de natuur, hoor je geluiden om je heen, kom je gemakkelijk met de plaatselijke bevolking in contact en proef je de reis zoals je dat met geen enkel ander vervoermiddel proeft, de wandelschoenen onder sommige omstandigheden uitgezonderd.

Maar als je alles loopt, kunnen sommige trajecten misschien wat saai zijn en bovendien neemt het doorkruisen van een heel continent, bijvoorbeeld Afrika, een flinke tijd in beslag, een tijd waarin je ook andere delen van de wereld kunt zien. Tijd is dus ook hier een beperkende factor, zelfs als je een halve sabbatical century neemt.

Wat is jouw mooiste ervaring op de fiets?
Dat is natuurlijk een onmogelijk te beantwoorden vraag. Ik zou er niet één, maar zeventien boeken mee kunnen vullen en dat heb ik ook gedaan. Ja, mijn boeken staan er vol mee. Duizend en één fantastische ervaringen en slechts een paar nare ervaringen, zoals achtervolgd worden door een dozijn op moord beluste bandieten. Maar dat zijn achteraf natuurlijk wel de krenten in de pap voor de lezers en eigenlijk ook voor de schrijver als die er tenminste het leven vanaf brengt. En dat heb ik gelukkig gedaan, anders zou ik deze FietsKetting niet kunnen schrijven. Maar om één van die vele mooiste ervaringen uit te kiezen: Op mijn reis van Dar es Salaam naar Dakar, een fondsenwervingstocht voor de Nederlandse Leprastichting, kwam ik op een avond in Guinee aan in een klein dorpje. Aan een man vroeg ik of hier een vijfsterrenhotel met mooie grote luxe kamer was, met een balkon dat uitzicht gaf op zee. De man schudde zijn hoofd. Logisch want de zee was honderden kilometers daar vandaan. Dit was de gortdroge, hete, stoffige, dun bevolkte Sahel. Daarom vroeg ik waar ik het dorpshoofd kon vinden. “Waarvoor wilt u hem spreken?” vroeg hij. Ik antwoordde dat ik hem wilde vragen of ik ergens in of bij het dorp mijn tent mocht opzetten voor de nacht. “Het dorpshoofd is en niet, maar kom mee naar mijn huis,” zei hij. Hij voerde me naar zijn huisje, een ronde lemen hut met strodak. In de hoek, voor zover er in een ronde hut een hoek kan zitten, stond zijn simpele bed. In een andere ‘hoek’ stond nog een bed. Dat deed die nacht dienst als logeerbed. Hij bereidde op een houtvuurtje een maaltijd van mais en cassave, iets waar ik in Nederland niet over zou peinzen om te eten, maar hier smaakte het geweldig. In Afrika kunnen de mensen veel leren van Europa, maar wij kunnen zeker net zo veel leren van Afrika, vooral waar het gastvrijheid betreft.

Wat zou er moeten veranderen met betrekking tot de fiets/het fietsen?
Voor mij hoeft er in Nederland, wat betreft het fietsen, niet zo veel te veranderen. Wel is het jammer dat er soms te véél verandert. Zo worden veel leuke schelpenpaadjes omgewerkt tot brede betonnen banen, waarschijnlijk speciaal voor elektrische fietsen. Dat is voor oude mensen en fietsers met een slechte conditie fijn en dus ook belangrijk, maar helaas nodigen die betonnen paden ook uit tot grote snelheid, wat minder aangenaam is. De sfeer die om die aardige schelpenpaadjes hing is door al dat beton gedeeltelijk de nek omgedraaid. Bovendien zijn de randen van de betonstroken vaak enkele centimeters hoog (of diep), waardoor je, als je van het pad af raakt en weer terugstuurt, een lelijke smak kunt maken. Vooral in de herfst, als er bladeren op het pad liggen, waardoor je die randen niet ziet, bestaat het gevaar op valpartijen.

En dan nog iets: Waarom worden de ANWB paddenstoelen, een uniek systeem van bewegwijzering, dat je nergens anders ter wereld ziet, zo verwaarloosd? Veel zijn er kapot- of omvergereden, anderen met rode verf onleesbaar gemaakt of compleet verdwenen, mogelijk meegenomen door antiekverzamelaars. Die paddenstoelen zouden verheven moeten worden tot cultureel erfgoed en vooral weer in hun oude glorie moeten worden hersteld!

Met wie zou je wel eens een stukje samen willen fietsen? En waarom?
Het lijkt mij enig om eens een dagje, of liever een hele week of desnoods een maand samen te fietsen met Trump. En dan bijvoorbeeld dwars door de Sahara of door donker Afrika, over de gravelwegen hoog in de Andes of door Death Valley. Hoe hoger, ruiger, heter en lastiger, hoe beter. We zouden dan tijdens de pauzes en ’s avonds voor onze tentjes enorm gezellige en leerzame gesprekken kunnen voeren over allerlei sociale, economische, politieke en culturele onderwerpen. Dat zou ik geestverruimend vinden en Trump misschien ook wel. En de wereld zou er wellicht wel bij varen.

Wat vind jij het mooiste aan het werk van Stichting Cycling out of Poverty (CooP-Africa)?

Het mooiste aan het werk van Cycling out of Poverty vind ik natuurlijk de inzet van deze organisatie om, zoals de naam het al zegt, de armoede uit de wereld weg te werken en dan nog wel op of met de fiets! Ik vond het, toen ik er voor het eerst van hoorde, zo’n mooi initiatief dat ik contact opnam met CooP. Omdat ik toen al een aantal maal de aarde was rondgefietst en enige bekendheid op dat gebied genoot, werd ik meteen tot ambassadeur van CooP benoemd. Dat ben ik slechts een paar jaar geweest. Het echte ‘fieldwork’ lag me beter en in dat kader heb ik een jaar of wat geleden een ‘dienstreis’ gemaakt door Kenia en Uganda om projecten van CooP te bezoeken, uiteraard ook op de fiets. Over die reis heb ik het boek ‘Even naar de evenaar’ geschreven. Ik vond het fijn om op mijn bescheiden manier een heel klein beetje te hebben kunnen bijdragen aan het wegwerken van de armoede in Afrika.

CYCLING OUT OF POVERTY (COOP-AFRICA) – EEN FIETS MAAKT HET VERSCHIL

Cycling out of Poverty (CooP-Africa) ondersteunt scholieren, gezondheidsvrijwilligers, boeren en kleine ondernemers in Kenia en Oeganda met fietsen om toegang tot onderwijs, gezondheidszorg, werk en inkomen te verbeteren.
https://www.coop-africa.org/nl/

EERDER IN DE FIETSKETTING