Wanneer is iemand arm, en wanneer is iemand rijk. Een groot deel heeft te maken met geld. Als je geld genoeg hebt om te kopen wat je maar wilt, ben je financieel gezien rijk. In Nederland kennen we de Quote 500: een lijst met de 500 rijkste Nederlanders. Het geschatte vermogen van de rijkste familie van Nederland is ongeveer 20 miljard euro. Maar natuurlijk is dat een uitzondering. In veel Nederlandse gezinnen moeten continu keuzes gemaakt worden over hoe het geld te besteden: koop ik een mobieltje, of een winterjas, of heb ik het geld nodig om eten te kopen voor mijn gezin. Je kunt je geld immers maar 1x uitgeven. In Nederland zijn de verschillen tussen hoge en lage inkomens dus groot. Toch zorgt de Nederlandse overheid ervoor dat iedereen een minimaal bedrag per maand te besteden heeft. Er zijn verschillende uitkeringen en subsidies de ervoor zorgen dat iedereen rond kan komen en niemand in armoede hoeft te leven.

Maar armoede heeft met meer te maken dan alleen geld. Armoede is volgens de definitie van de Verenigde Naties het niet kunnen voorzien in de primaire levensbehoeften: voedsel, veilig drinkwater, sanitair, gezondheid, onderwijs, onderdak en informatie. Zij gelden als noodzakelijk om een menswaardig leven te kunnen leiden. Daarnaast zijn deelnemen aan het sociale leven, goed onderwijs en ontspanning belangrijke levensbehoeften.

Verschillen tussen arm en rijk zijn niet alleen binnen een land zichtbaar, maar ook tussen landen. Landen met een grote armoede in verhouding tot “rijke landen”, worden ontwikkelingslanden genoemd. Rijke landen hebben namelijk meestal een technologische, economische en medische ontwikkeling doorgemaakt, waardoor zij een hoger ontwikkelingsniveau hebben.  Ontwikkelingslanden hebben meestal weinig industrie, een grote landbouwsector en een lage levensstandaard.

In de afbeelding is met kleur aangegeven welke landen het meest ontwikkeld zijn (blauw), redelijk ontwikkeld (geel) en het minst ontwikkeld (rood). Je ziet dat de rijkste landen zich in Noord Amerika, Europa en Australië bevinden, en de armste landen vooral in het midden van Afrika.
Wereldkaart met ontwikkelingsniveaus 

Hoewel de meningen over wat nu een ontwikkelingsland typeert verschillen, zijn er elf punten die, min of meer, kenmerkend zijn voor ontwikkelingslanden:

– een hoge schuld (met name ook aan landen uit de eerste wereld) – zie ook: Lijst van landen naar staatsschuld
– een hoog percentage analfabeten
– een hoog sterftecijfer
– ondervoeding
– hoog percentage agrariërs
– kleine middenstand
– kinderarbeid
– ontbrekende vrouwenemancipatie
– veel kinderen per gezin
– slechte hygiëne
– laag energieverbruik.

Voor meer informatie zie ook http://nl.wikipedia.org.